Ferrari 348 TS

Het nieuwe model week radicaal af van de ontwerpfilosofie van zijn voorganger, niet alleen wat betreft de mechanische lay-out, maar ook wat betreft de stijl van de carrosserie en de chassisconstructie. Samen met het zustermodel van de 348 tb was dit de eerste Ferrari in serieproductie die geen apart stalen chassisframe had. In plaats daarvan werd een chassis van geperst staal gebruikt, met een afzonderlijk stalen subframe van de motor eraan vastgeschroefd, terwijl de carrosseriepanelen door een robot aan de hoofdstructuur waren gelast en vastgeschroefd. De wielbasis was 2450 mm en het chassis had op het TS-model de fabriekstypereferentie F 119 AS.

De door Pininfarina ontworpen carrosserie was in wezen dezelfde als die van het 348 tb-model met vaste kop, afgezien van het solide verwijderbare dakpaneel, dat onder een hoes achter de stoelen kon worden opgeborgen als het niet in gebruik was. Ook het interieur was vrijwel identiek aan dat van het gelijktijdige 348 tb-model, afgezien van de opbergruimte voor het dak achter de stoelen.

Net als bij de 348 tb kwam dit targadakmodel ook in aanmerking voor deelname aan de Challenge Race Series voor de 348-modellen, waarbij klanten een vast bedrag betaalden voor een veiligheids-/prestatiekit en baanondersteuning voor het seizoen. Het 348 ts-model stopte met de productie in 1993 met de aankondiging van de bijgewerkte 348 GTS. Tijdens de productieperiode werden in totaal 4228 exemplaren geproduceerd met de chassisnummers 81651 tot 96964, wat ongeveer een derde meer was dan het model met vast dak.